donderdag 26 januari 2012

Een slechte dag voor het ego

is een goeie dag voor de ziel; uitspraak van M. Beckwith. Dat was voor vandaag de 'dagelijkse gedachte'.
In Psychologie Magazine van januari 2012 staat een interview met Tim Parks, schrijver.
"Taal is een gevaarlijk ding: het tilt je uit het hier en nu. Wie leest en schrijft, komt in een andere dimensie en vergeet zijn lichaam.Ik denk dat we taal veel te belangrijk hebben gemaakt in onze maatschappij.Taal kan niet eens een magere afspiegeling van de werkelijkheid zijn; de werkelijkheid is namelijk zoveel groter en complexer.Het was voor mij een grote bevrijding mijn geest vrij te maken van taal. Het eerste wat ik toen dacht, was: schrijven is niet goed voor me, ik stop ermee, ik ga in een berghut wonen en elke dag mediteren. Maar later besfte ik: nee, dan zou ik er weer te veel een drama van maken.
Ik blijf gewoon schrijven."
En: "Om iets geven en tegelijkertijd ook weer niet, dat is het belangrijkste wat je in dit leven kunt leren. Genieten van een prijs als je hem wint, maar ook beseffen dat je prima zonder kunt."
Iets om over na te denken...

vrijdag 20 januari 2012

Eerste deel doktersroman: wie schrijft deel twee?

ONRUST IN ST. PIETERSDAL



                                      Hartstocht en verraad in het ziekenhuis



                                                1. Een onaangename verrassing



Het is tijd voor de ronde van dr.Vaclav, de hartchirurg van het kleine streekziekenhuis in het oude vissersplaatsje H.

Dr.Vaclav glimlacht. Hij wast zijn handen aandachtig en kijkt met welgevallen naar zijn slanke vingers, die mannelijke kracht uitstralen, maar ook verrassend zacht en teder kunnen zijn. Achter hem staan de co-assistenten en het hoofd van de verpleging op hem te wachten. Dr. "Heartbrea­ker" glimlacht weer. Hij weet, dat hij zijn bijnaam waarmaakt. Alle vrouwelijke harten kloppen sneller als hij in de buurt is. Het is hem dan ook een waar genoegen om zijn ronde langs de ziekenhuisbedden te maken, met in zijn kielzog de co-assistenten die aan zijn lippen hangen, en op de zaal de vrouwelijke patiënten die hij zoveel vertrouwen inboezemt.

Zijn staalblauwe ogen zoeken die van de hoofdverpleegkundige, die verlegen bloost onder zijn blik.

"En, zuster Theresa, heeft u goed geslapen?", vraagt Vaclav, "u ziet er vandaag zo goed uit." De intieme ondertoon in zijn warme mannelijke stem ontgaat ook de co-assistenten niet. Zuster Theresa bloost wat dieper; nerveus klemt zij haar kleine handen samen. "Zeker, dokter", mompelt ze nauwelijks hoorbaar. Ze denkt aan de avond die ze gisteren samen hebben doorgebracht, en zou nog veel meer hebben willen zeggen. Eén van de vrouwelijke co-assistenten kan haar jaloezie niet voor zich houden. Bits zegt ze: "Gezellige avond gehad? Je was zeker niet alleen!". Ook zij heeft wel eens het genoegen gesmaakt om onze Heartbreaker een avond voor zich alleen te hebben, en ze weet dus waar ze het over heeft. "Dames, dames", glimlacht dr.Vaclav, "u weet, ik houd van jullie allemaal! Het doet me verdriet als u om mij kibbelt. Zullen we maar gaan?". Zijn prachtige blauwe ogen stralen ondeugend. En de vrouwen zuchten maar eens diep.

Dr.Vaclav recht zijn rug. Zijn rijzige gestalte is imponerend. Hij strijkt achteloos door zijn donker krullend haar, die krullen die voor vrouwen zo onweerstaanbaar zijn. In zijn krachtige kin zit een kuiltje. Zijn Tsjechische vader had precies zo'n kuiltje in z'n kin en ook die brede borst met een bescheiden hoeveelheid krullend borsthaar. Zijn smalle heupen zijn soepel en toch sterk en zijn lippen vol en goed doorbloed. Hij weet dat hij een reputatie als hartenbreker heeft hoog te houden. Dat hij wel eens wat slordig met de medische ethiek omspringt, wordt hem graag vergeven.

Als de kleine stoet zich in beweging zet op weg naar de afdeling, komt de hoofdverpleegkun­dige naast hem lopen. "Dr.Vaclav", fluistert ze, "weet u, dat u na deze ronde verwacht wordt bij onze directeur?". Dr.Vaclav fronst zijn prachtig gevormde wenkbrauwen. De verpleegkundige vervolgt: "Uw nieuwe collega is gearriveerd." Ach ja, dat is ook zo. Nu, dat varkentje zal hij straks wel even wassen. Hij is onbetwist leider van de groep chirurgen en wordt warm noch koud van een nieuwkomer. Met zijn charme windt hij ook de directeur om zijn vinger.

Een kwartier later klopt hij aan bij de directie. Zonder te wachten loopt hij door, zeer ingenomen met zichzelf en de rest van de wereld. Even kennismaken met de nieuwe collega en dan wacht de golfbaan. Het werk laat hij verder met een gerust hart aan zijn co-assistenten over.

Dan staat hij met een ruk stil. Zijn neusvleugels trillen als hij een tere jasmijngeur opvangt. Niet begrijpend staart hij naar het tweetal voor hem. Naast de directeur staat een vrouw. Haar witte jas kan haar zeer vrouwelijke vormen niet verhullen. Het blonde haar is in een wrong naar achteren getrokken, maar enkele speelse lokken hebben weten te ontsnappen. "Ach, Vaclav, ben je daar!", zegt de directeur vriendelijk. "Ik wilde je graag voorstellen aan dr.Beatrijs. Wij zijn heel blij dat zij bij ons wil komen werken, want zoals u weet is dr.Beatrijs een erkend en gewaardeerd specialist met een schat aan ervaring in het beroemde Academisch Ziekenhuis in Los Angeles".

Dr.Vaclav wankelt en sluit zijn ogen. Even weet hij niet meer waar hij is. Als in een film ziet hij zijn smadelijke aftocht uit het gerenommeerde hospitaal in Praag weer voor zich. Het was een vrouwelijke collega, die hem betrapte op een fout die zo ernstig was, dat een dodelijke afloop niet meer te vermijden was. Hij is door een diep dal gegaan. Niemand in het St. Pietersdal is hiervan op de hoogte. Moeizaam opent hij zijn ogen en kijkt naar de mooie vrouw voor hem; het zweet parelt op zijn voorhoofd. Betekent de komst van dr.Beatrijs het einde van zijn leiderschap? Zal hij zijn werk nog kunnen overlaten aan de co-assistenten, die zich door zijn overweldigende charme alles laten welgevallen? Zal zijn charme sterk genoeg blijken om deze vrouw, die zo mooi en competent is, ook voor zich te winnen? 


Estafette

We kregen een leuke opdracht deze keer: we schrijven elk een stukje aan een verhaal dat begint met de zin: "Ik moet je iets vertellen" zei hij.
De kunst is dan natuurlijk om niet te veel af te wijken in stijl, en je mag je voorganger aanspreken/bekritiseren op zijn of haar verhaal. Als je weet dat de deelnemers aan de cursus echt heel verschillend proza schrijven is dat nog een hele uitdaging. Ik ben benieuwd wat het wordt. Ooit heb ik zelf een poging gedaan om mensen zo gek te krijgen om een vervolg te schrijven op het eerste hoofdstuk van een doktersroman. Ik heb het zelfs opgestuurd naar de redactie van het orgaan van ons ziekenhuis, het St.Jansdal. Mijn verhaal speelde zich af in het St.Pietersdal. Maar mooi dat ze er niet op ingingen, het was niet serieus genoeg of zo. Jammer. Zal ik het alsnog hier plaatsen? misschien zegt één van mijn volgers wel: "Ja, ik schrijf ook een hoofdstuk." Ik zou dat fantastisch vinden...
Verder kreeg ik online het magazine 'Schrijven'. Met zes tips over hoe om te gaan met schrijversangst.
Leerzaam!
Wat betreft mijn boekje: tot en met hoofdstuk 10 is nu geredigeerd en nog eens door mij bekeken: ik denk dat die hoofdstukken nu wel af zijn.

woensdag 11 januari 2012

Niet de enige

Ik wist wel dat ik niet de enige in Nederland ben met de ambitie een boek(je) het licht te doen zien, maar dat het er zoveel waren...ik ben gelukkig vergeten hoe veel. Het stond laatst wel in één van de kranten die ik scan. Zo'n miljoen moeten het er zijn. Van iemand kreeg ik een artikel over schrijvers die beeldspraak tot kunst verheffen. Ene Stephan Enter schrijft bijvoorbeeld over tentakels van alcohol, en over een beekje dat als een mes naar de horizon schiet; ook heeft  iemand een zichzelf in de staart bijtende leeftijd.
Vooral dat laatste intrigeert me. Wat voor leeftijd zou dat zijn?
Verder vrat een trein zich in hoog tempo door het landschap, de rails gilden, vonken gutsten van de wielen. Nou nou, ik moet gauw eens kijken of ik ook wat metaforen kan invoegen in mijn werkje.
Morgenavond ga ik weer naar de cursus schrijven van Het Klooster, 'es kijken of ik nog iets meer kan opsteken over het schrijversmétier.

dinsdag 3 januari 2012

Commentaar van mijn redacteur

"Ik denk dat je het jezelf in zekere zin moeilijk hebt gemaakt met je boek
door er vrij veel liefdesscènes in te schrijven. Want die neigen snel naar
de kant van de Boeketreeks. Je komt als schrijver nu eenmaal vrij snel
terecht bij gemeenplaatsen als je erotiek beschrijft... Aan de andere kant
zijn er veel mensen die graag de Boeketreeks lezen, dus dat kan je ook
lezers opleveren. (Voor de Boeketliefhebbers zal de strijd van Jacob met
God echter wat te zwaar zijn, ben ik bang.)"

Kijk mensen, daar heb ik wat aan. En ik weet van één van mijn volgers dat hij geen bezwaar heeft tegen die 'liefdessenes.' Maar dat het heel moeilijk is om dat te beschrijven zonder ranzig te worden heb ik nu wel ervaren.

Nieuw Jaar

Tja, en toen was het 2012. Ik had al een beetje bedacht dat ik een mooi afscheidsbericht zou componeren, in de trant van: het was leuk, maar ik stop er mee. Dat wil zeggen: ik blijf knutselen aan het product, gewoon voor de oefening, maar ik betwijfel of ik het ooit laat drukken. Ik vind/vond het  niet goed genoeg, en teveel op een doktersroman lijken. Dus.
 Maar  de afgelopen weken heb ik enige afstand genomen, en na herlezing van de eerste hoofdstukken was ik toch weer niet al te negatief. Wat verwacht ik eigenlijk van mezelf? Ik ben op zijn best een amateur, en een debutant. Wat kan het me eigenlijk schelen? Als het ooit wordt gedrukt, en er zijn mensen die er plezier aan beleven, ook al is het een doktersroman, wat dan nog?
En zo zanik ik nog een tijdje door in mijn hoofd. Kortom, ik weet het niet.
Ik laat het een en ander maar een beetje op me afkomen.
Maar ik weet wel dat ik veel vrienden heb die me door dik en dun steunen, dat is heel veel waard.